1. Golven aan de Oceaan is een speciale belevenis.
2. Een manoir als golfclubhuis.
3. Rochefort-en-Terre: Anton Pieck in het kwa- draat.
pontje. De volgende dag komen we dus wandelend aan in de veertiende-eeuwse binnenstad, La Ville Close. Toe- gegeven: alles is prachtig gerestaureerd, maar winkeltjes, terrassen en hordes toeristen bepalen het beeld. Het wel aardige vissersmuseum en de fraaie entree van het stadje verzachten de pijn enigszins. We genieten nog twee da- gen van het mooie weer en het strandje op tweehonderd meter van de camper, voordat we doorgaan naar Pont- Aven, waar maar liefst drie camperplekken zijn.
Likeur van algen Toen Gaugain in Pont-Aven zijn intrek nam vanwege de mooie omgeving en het speciale licht hier, trok dat vele vakgenoten aan. Zo werd dit voormalige vissershaventje met zijn veertien watermolens en vijftien huizen een waar bedevaartsoord voor kunstliefhebbers. Van de molens is er nog maar één over, maar er zijn wel tientallen gale- ries met veel schilders, die allen geïnspireerd lijken door Gaugain.
Gelukkig heeft Pont-Aven meer te bieden dan alleen kunst. Wat te denken van le homard breton, de blauwe zeekreeft, die hier wordt geserveerd. Een delicatesse, waar wel een goedgevulde portemonnee voor nodig is. En dan een bezoek aan de Biscuiterie de Pont-Aven, een belevenis die de toerist niet mag overslaan. In deze winkel is het niet alleen mogelijk om vrijwel onbeperkt te proeven van lokale lek- kernijen en likeurtjes, maar vanaf vier uur in de middag kun je het bereiden van de galet- tes en gâteaux ook bekijken én ruiken. De neusvleugels trillen van genot bij de geur van deze baksels. We proeven de Algane d’Océan, een
likeur gemaakt van algen. Dat klinkt misschien smerig, maar het smaakt fantastisch.
Machtige vesting
Golfbanen aan zee hebben altijd iets speciaals: vooral holes met direct uitzicht op zee doen het golfbloed snel- ler stromen. We rijden langs de kust verder en komen er een tegen: de Golf Blue Ploemeur-Océan, een baan met bovendien een gratis camperplek op nog geen tweehon- derd meter.
Na een dag uitrusten en fi etstochtjes langs de kust, rijden we door naar Lorient. De stad is in de oorlog zwaar gebombardeerd en daarna herbouwd. Daarmee is alles gezegd. We doen boodschappen in een van de grote malls en maken een omweg naar Port Louis, een stad die wel bijzondere aandacht verdient. Een authentiek centrum, een machtige vesting en een heerlijk strand doen de mid- dag omvliegen.
Door naar Carnac: een mondaine badplaats, die vooral bekend is vanwege de menhirs: stenen die enkele dui- zenden jaren geleden door mensen recht overeind zijn geplaatst, in kilometerslange rijen. Bizar! Hadden ze toen niets beter te doen, of kregen ze opdracht van hun goden voor dit heidense karwei? Niemand weet het, maar Carnac vaart er wel bij, want jaarlijks bezoeken duizenden toeristen deze alignements.
Indrukwekkend Het schiereiland Quiberon is een extra ritje waard. De wilde westkust, waar de oceaanwind vrij spel heeft, is nog deels ongerept. Het slechte weer maakt wandelen tot een feest der zinnen: de lucht is zwanger van ziltheid, de
1 2
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92