WEEK 30-31 23 JULI 2014


Overslag haven Rotterdam neemt toe met 0,6 procent


ROTTERDAM De haven van Rotterdam heeſt een stabiel eerste halfjaar achter de rug. De totale overslag nam 0,6 procent toe ten opzichte van het eerste halfjaar 2013. De overslag van ruwe olie nam met 3,3 pro- cent toe maar die van minerale olieproduc- ten daalde met 13,5 procent. Kolen lieten een groei van 9,5 procent zien, de ertsover- slag bleef vrijwel gelijk. De overslag van containers, gerekend in ton, nam met 2,7 procent toe en met 1,9 procent gerekend in TEU. Het Havenbedrijf verwacht over heel 2014 een groei van de totale overslag van circa 1 procent.


Ten opzichte van de eerste helſt van 2013 is de omzet van Havenbedrijf Rotterdam in 2014 met 8,6 miljoen euro toegenomen. Het netto resultaat nam ten opzichte van het eerste halfjaar van 2013 licht toe met 1,8 miljoen euro. Het effect van de omzetstijging wordt gedeeltelijk gedempt door stijging van afschrijvingen en rentelasten. De kas- stroom was dit halfjaar negatief. De totale investeringen lopen naar verwachting terug van 263 miljoen euro in 2013 tot ongeveer 203 miljoen euro in 2014 en komen daarmee op het niveau van voor de aanleg van Maas- vlakte 2. Een van de grootste investeringen van de afgelopen jaren in het bestaande havengebied, de verbreding van de Ama- zonehaven, is in 2014 in gebruik genomen. Voor de tweede helſt van het jaar wordt een verder herstel van de Europese economie verwacht, zodat de haven op koers ligt voor een groei circa 1 procent voor heel 2014.


Nat massagoed In de categorie nat massagoed is de overslag van ruwe olie 3,3 procent toegenomen. De marges en dus de bezettingsgraden van de raffinaderijen zijn nog laag door de aanhou- dend lage vraag naar raffinageproducten in Europa en toenemende concurrentie van raffinaderijen buiten Europa, mede door de beschikbaarheid van goedkoop schaliegas in de VS. In dezelfde periode van vorig jaar echter was de overslag nog lager omdat ver- schillende raffinaderijen die vanuit Rotter- dam bevoorraad worden toen gedeeltelijk stil lagen voor onderhoud. De overslag van minerale olieproducten is met 13,5 procent gedaald. De daling betreſt vooral afvoer van producten zoals stookolie, naſta en benzine. Overig nat massagoed, dat vooral bestaat uit grondstoffen voor de chemie, daalde 11 procent. Zowel de chemische industrie als de raffinagesector bevinden zich in een lastige positie: energie en grondstoffen zijn elders in de wereld goedkoper. De overslag van LNG nam toe, vooral door de toename van re-export van LNG dat eerst in Rotter- dam is gelost.


IJzererts en schroot De overslag van ijzererts en schroot is stabiel: de Europese staalsector is nog niet volledig hersteld en draait op circa 80 procent van de capaciteit. De aanvoer van kolen is met 9,5 procent gestegen vanwege consolidatie van importstromen door industriële gebruikers in het achterland. Daarentegen bleef de vraag naar energiekolen beperkt door de zachte winter. In het droog massagoed is agribulk re- latief de grootste stijger met 37,3 procent. Via Rotterdam is aanzienlijk meer mais uit Oekra- ine en onder andere soja uit Zuid-Amerika ingevoerd. Tegelijkertijd werd meer tarwe uitgevoerd. Het overig droog massagoed, dat onder andere bestaat uit materialen voor de bouw en grondstoffen voor de industrie en uit biomassa, nam met 11,9 procent toe.


Haven Gent ziet overslag via zeevaart weer stijgen


GENT De Gentse haven registreerde in het tweede kwartaal van 2014 een totale goederenoverslag van 12,4 miljoen ton. Gent zit hiermee op een gelijkaardig peil als in dezelfde periode van vorig jaar. De overslag via zeevaart kende het beste kwartaal in bijna twee jaar.


Het tweede kwartaal van dit jaar eindigde met een grotere goederenoverslag dan het eerste kwartaal (+ 720.000 ton). In de maanden april, mei en juni van 2014 onderging de goederenoverslag via zee- vaart met een totaal van 6,8 miljoen ton een stijging van 6,3 procent (in vergelij-


king met dezelfde periode in 2013). De binnenvaart klokt af op bijna 5,5 miljoen ton goederenoverslag, een daling met 7,7 procent. Voor de eerste zes maanden komt het totale goederenverkeer op 24 miljoen ton, ook meteen hetzelfde peil van 2013. De overslag via zeevaart kende een stijging van 5,8 procent. De binnen- vaart registreerde over de eerste zes maanden een daling van 6,4 procent. De goederenoverslag via zeevaart vertoonde een stijging bij de landbouwproducten, vaste minerale brandstoffen, ertsen en metaalresiduen en chemische producten. Een daling werd opgetekend bij onder


meer producten van de metaalindustrie. Voor de binnenvaart was er beduidend meer overslag van onder meer chemische producten, ruwe mineralen en bouwma- terialen. De overslag via binnenvaart van landbouwproducten en vaste minerale brandstoffen kende een daling. In de opdeling volgens cargotype kan bij de overslag via zeevaart een stijging bij droge bulk en roll-on/roll-off worden genoteerd. Het Havenbedrijf is verheugd te kunnen vaststellen dat voor de eerste zes maan- den van 2014 de goederenoverslag op een gemiddeld niveau zit. En dat bovendien de overslag via zeevaart weer toeneemt.


Trafiek Vlaamse waterwegen stijgt eerste jaarhelſt


WILLEBROEK Het goederenvervoer via de waterweg blijſt positief evolueren. Op de wa- terwegen die Waterwegen en Zeekanaal NV (W&Z) beheert, werd in het eerste semester van 2014 een totaal tonnage vervoerd van 16,21 miljoen ton. Dat is een stijging van 0,91 procent in vergelijking met het eerste semester van 2013. De stijging is vooral gere- aliseerd in het eerste kwartaal.


Op het vlak van containervervoer kunnen heel positieve cijfers voorgelegd worden. De containeroverslag steeg immers in de eerste


jaarhelſt van 101.339 TEU naar 120.896 TEU. De grootste waterweg blijſt de Ringvaart om Gent (- 2,92 procent tot 9,30 miljoen ton), gevolgd door het zeekanaal Brussel-Schelde ( +7,46 procent tot 5,92 miljoen ton). De groot- ste stijging van de trafiek werd vastgesteld op het Netekanaal (+ 27,09 procent). De belang- rijkste daling deed zich voor op het kanaal Leuven-Dijle (- 30,5 procent). W&Z merkt op dat het herstel van het goederenvervoer in het tweede semester van 2013 werd voortgezet in het eerste semester van 2014. Gehoopt wordt dat deze trend doorzet.


Draaischijf Vlaanderen wil zich in de toekomst als slimme logistieke draaischijf in Europa profileren. De waterwegen nemen daar- bij een belangrijke plaats in. Het is dan ook belangrijk de inspanningen verder te zetten om de waterwegen te moder- niseren en te optimaliseren. W&Z gaat onverminderd door met het investeren in het wegwerken van missing links, het herbouwen van sluizen en stuwen, het baggeren en onderhouden van de water- wegen en het bouwen van kaaimuren.


Containers De overslag van containers nam met 2,7 procent toe in gewicht en met 1,9 procent in TEU. De groei heeſt vooral vanaf maart doorgezet, met een gemiddelde groei per maand ten opzichte van dezelfde periode in 2013 van 4,5 procent. Deepsea lading nam met 3,2 procent toe (in ton en TEU) door toename van de volumes op de oost-west routes, zowel Azië - Rot- terdam als Noord-Amerika - Rotterdam, als ook in de aanvoer van containers uit Zuid-Amerika. Het feeder volume bleef achter ten opzichte van de eerste helſt van 2013 (-3,8 procent in ton, -4,7 procent in TEU) omdat vanaf eind juni 2013 een aantal ladingpakketten naar Hamburg werd verplaatst. Vanaf begin dit jaar ontwikkelt het feeder volume zich weer positief, niet alleen van en naar de landen rond de Oostzee maar ook van en naar het Verenigd Koninkrijk. De overslag van shortsea containers groeide met 6,1 pro- cent in ton en 2,6 procent in TEU. De groei betreſt vooral het vervoer tussen Rotter- dam en de Baltische staten en Rusland en dat tussen Rotterdam en het Verenigd Koninkrijk en Ierland. Een belangrijke reden hiervoor is de aantrekkende Britse economie. Dat is ook de verklaring van het aantrekken van het RoRo-verkeer met 8,4 procent. Overig stukgoed werd 28,5 procent meer overgeslagen door het aan- trekken van de vraag naar staalproducten en een toename van projectlading, met name voor de offshore industrie. Het aantal zeeschepen dat de haven heeſt aangelopen in de eerste helſt van dit jaar is gedaald met 1,5 procent tot 14.417. Dit is onder andere het gevolg van schaalver- groting in de containersector.


Toekomst De haven van Rotterdam is met zijn 150.000 banen en bijdrage van 3,3 pro- cent aan het BBP van groot belang voor de regionale en nationale economie. De haven heeſt zich de afgelopen decennia sterk ontwikkeld op het gebied van met name olie(producten), raffinage, chemie, droge bulk en containers. Deze sectoren blijven de komende decennia de be- langrijkste pijlers onder de haven, maar


vernieuwing en verbreding zorgen ervoor dat de haven ook op lange termijn zijn wezenlijke bijdrage aan de welvaart blijſt leveren. Het Havenbedrijf zet daarom in op een breed spectrum van projecten om de bestaande sectoren te versterken en tegelijkertijd ruimte te bieden aan nieuwe activiteiten. In de sector nat massagoed, raffinage en chemie werkt het Havenbe- drijf hard aan de realisatie van een LNG breakbulk terminal, de ontwikkeling van Rotterdam als hub voor ruwe olie, de realisatie van een grootschalige pilot voor CO2-afvang en -opslag (CCS), de ontwik- keling van een biobased chemical cluster op Maasvlakte 2 en het versterken van het chemie-cluster door invulling van de ‘ontbrekende’ schakels en ontwikkeling van multi-user pijpleidingen. Daarnaast investeert het Havenbedrijf in nieuwe nautische infrastructuur bij bestaande klanten, verdieping van vaarwegen en ha- venbekkens ten behoeve van een betere nautische bereikbaarheid van haventer- reinen, en de aanleg van nieuwe voorzie- ningen voor boord/ boord overslag op Maasvlakte 2. Door het ontwikkelen en bouwen van een gezamenlijke energie-in- frastructuur voor warmte, stoom en CO2 (Deltaplan Energie Infrastructuur) wil het Havenbedrijf een substantiële verhoging van de energie-efficiency in het haven- gebied bereiken. In het marktsegment droog massagoed zet het Havenbedrijf onder andere in op een substantiële toename van de overslag van biomassa en verdieping van de havenbekkens in de Botlek zodat bedrijven in dit gebied voor grotere schepen bereikbaar zijn. In de containersector ligt de focus op een optimale dienstverlening aan de zee- vaart door middel van het project Schip Centraal en het creëren van efficiënte logistieke processen tussen de bestaande en nieuwe containerterminals op Maas- vlakte 1 en 2 met het project Container Logistiek Maasvlakte. Daarnaast zet het Havenbedrijf, samen met de markt, in op ontwikkeling van het achterlandproduct daarbij gaat veel aandacht uit naar het spoor. Ook stuurt het Havenbedrijf aan op toepassing van IT en verbeterde kete- nefficiency in de binnenvaart.


13 Zeven kandidaten in de race voor


‘Young Maritime Representative’ ROTTERDAM Nederland Maritiem Land, netwerkorganisatie voor de maritie- me sector, heeſt afgelopen periode jongeren opgeroepen om zich kandidaat te stellen als de nieuwe ‘Young Maritime Representative’ voor het studiejaar 2014/2015. Uit deze oproep zijn zeven serieuze kandidaten voortgekomen, die nu kans maken om volgend studiejaar deze eretitel te dragen.


De zogenaamde YMR’s vormen het gezicht voor jongeren met interesse voor de maritieme wereld én het jonge boegbeeld voor de sector. Nederland Maritiem Land heeſt het afgelopen jaar voor het eerst gebruik gemaakt van deze jongerenambas- sadeurs. Michelle van der Wees en Coen Bouhuys werden toen verkozen. Zij werden onder andere ingezet voor het openen van beurzen en tentoonstellingen en gingen veelvuldig bij bedrijven op bezoek. Wie deze ambassadeurs gaat of gaan opvolgen, wordt bekend gemaakt op donderdag 4 september, voorafgaand aan de Wereldha- vendagen.


Rijkswaterstaat renoveert


Kreekrakbruggen A58 RILLAND Rijkswaterstaat renoveert vanaf september de Kreekrakbruggen. Dit is nodig om ook in de toekomst vlot en veilig verkeer te kunnen garanderen. Weg- verkeer moet rekening houden met verkeershinder van 1 september 2014 tot en met 4 mei 2015. Scheepvaartverkeer krijgt te maken met versmalde doorvaart.


Rijkswaterstaat beheert een groot aantal stalen bruggen die zijn gebouwd in de jaren zestig en zeventig. Een aantal van deze stalen bruggen vertoont vermoeiings- verschijnselen of voldoet niet meer aan de huidige eisen. Er is nu meer en zwaarder verkeer dan tijdens de bouw werd voorzien. Daarom versterkt en renoveert Rijkswa- terstaat deze bruggen, waaronder de twee stalen Kreekrakbruggen over het Schel- de-Rijnkanaal. Tegelijkertijd wordt levensduur verlengend onderhoud uitgevoerd aan de twee betonnen bruggen over het Bathse Spuikanaal. Dankzij deze ingrepen blijven de Kreekrakbruggen minstens dertig jaar een veilige verbinding.


De werkzaamheden beginnen op 1 september 2014 op brug zuid. Van 1 november tot en met 18 december 2014 worden renovatiewerkzaamheden uitgevoerd aan de bovenkant van brug zuid. Vanaf 19 december 2014 wordt gewerkt aan brug noord. De laatste werkzaamheden vinden plaats van 14 maart tot en met 4 mei 2015. De uitvoering van de werkzaamheden aan de bruggen stremt de vaarweg niet. De vaarweg wordt onder de brug wel wisselend een aantal keren versmald. Tijdens de werkzaamheden met scheepvaarthinder is er scheepvaartbegeleiding aanwezig.


Oprichting kredietunie


ROTTERDAM Al geruime tijd ontvangt BLN-Koninklijke Schuttevaer signalen van ondernemers over de lastige kredietverlening. Daarom is men met een stuurgroep bezig om te kijken of en hoe alternatieve financieringsbronnen aangeboord kunnen worden, zo is te lezen in de nieuwsbrief van BLN.


De stuurgroep die bestaat uit een aantal BLN ondernemers, heeſt inmiddels beslo- ten dat een kredietunie een passende alternatieve financieringsstroom zou kunnen vormen. Kredietunies werken voor-ondernemers-door-ondernemers en het kan de sector helpen om de doorstroming van schepen op gang te houden en om de continuïteit van solide bedrijven te borgen. De stuurgroep heeſt besloten om met de VKN (Verenigde Kredietunies Nederland) in zee te gaan voor de begeleiding van het traject. Inmiddels krijgt BLN positievere signalen vanuit zowel de banken als de ondernemers. ‘Er wordt mondjesmaat weer krediet verleend aan startende onder- nemers die met een klein schip willen beginnen en vernieuwingen / investeringen worden weer makkelijker door banken gefinancierd’.


Internationaal Shantyfestival


Rotterdam ROTTERDAM Wie Rotterdam zegt, denkt aan havens en de scheepvaart. Elk jaar wordt de stad in de spotlights gezet met diverse activiteiten en evenementen op dit gebied, waaronder de Wereldhavendagen. Dit geldt ook voor het Internati- onaal Shantyfestival Rotterdam, dat gelijktijdig (van 5 t/m 7 september) wordt gehouden.


De podia voor het Shantifestival zijn dit jaar gesitueerd rond de Leuvehaven, met als hoofdlocatie de festivaltent op het Plein 1940. Mooi uitgedoste koren zingen werkliederen uit de oude zeilvaart. Twee dagen lang zijn er afwisselend optredens op de kade, in het Havenmuseum of in de festivaltent. Meer informatie is te vinden op www.shantyfestivalrotterdam.nl


Testfase nieuwe generatie BICS afgerond


ROTTERDAM Binnen het programma Impuls Dynamisch Verkeersmanagement Vaarwegen is eind juni (IDVV) de Operationele Testfase (OTF) van de nieuwe generatie Binnenvaart Informatie en Communicatie Systeem (BICS) afgerond. De testfase startte op 19 mei.


In totaal namen vijſtien schepen deel aan de testfase. De nieuwe BICS-versie werd succesvol geïnstalleerd en de schippers meldden hun reis- en ladinggegevens met de nieuwe soſtware. De groep deelnemers aan de OTF was een afspiegeling van de binnenvaart. Containerschepen, tankschepen, bulkschepen, duwstellen en passagiersschepen zijn vertegenwoordigd. Containerschepen vormden voor deze test een belangrijke doelgroep. Bij het voeren van meer dan 200 containers, of minimaal 1 container met gevaarlijke stoffen, is de schipper van een container- binnenvaartschip verplicht zijn reis- en ladinggegevens op elektronische wijze te melden aan de bevoegde vaarwegautoriteit. Hij heeſt een reglementaire plicht om een elektronische melding te doen, voordat hij aan zijn reis mag beginnen. Goede werking van de soſtware is dus cruciaal in de bedrijfsvoering van een containerbin- nenvaartschip.


Ervaringen De schippers die deelnamen aan de OTF hebben hun ervaringen doorgegeven aan Bureau Telematica Binnenvaart (BTB) die dit, in nauwe samenwerking met Rijks- waterstaat, coördineert. De opmerkingen over de soſtware worden door Rijkwater- staat meegenomen in de evaluatie. Het plan is om BICS in het najaar gefaseerd uit te rollen.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28