search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
In 2011 werd er nog 229.637 hectare snijmais geteeld. Als gevolg van de strengere wet- en regelgeving is het maisareaal de laatste jaren gedaald. Net als in 2017 stond in 2018 ruim 205.000 hectare snijmais in ons land.


voerfabrikanten nemen die plek steeds meer in. Toch zijn loonwerkers nog altijd een belangrijke partij in de maiswereld. Zij hebben veel kennis en spelen vaak een voorname rol in de rassenkeuze van de boer.”


Opbrengsten nog altijd in de lift De opbrengsten van mais variëren in een gemiddeld groeiseizoen van 15 tot 18 ton droge stof per hectare. Kwekers zien nog altijd veel genetische vooruitgang bij de ontwikkeling van maisrassen. Stren- ge selectie resulteert in een jaarlijkse opbrengststijging van ten minste 1%. “In principe is het mogelijk om meer dan 20 ton droge stof per hectare te halen. Maar dat is nog vaker theorie dan praktijk”, aldus Arjan Lassche van KWS. De grens van de opbrengststijging is volgens hem nog niet bereikt.


Aangescherpte bemestingsnormen hebben daar de afgelopen jaren niets aan afgedaan. “The sky is the limit, zeker als de plant voldoende nutriënten en vocht krijgt aangereikt. We halen ieder jaar hogere opbrengsten, terwijl we al meerdere keren dachten de grens te hebben bereikt. Telers focussen zich bovendien meer op de korrel


‘Snijmais als MKS of CCM’


Dirk Muilenburg van AgruniekRijnvallei Plant ziet toekomst in het oogsten van snijmais als Maiskolvenschroot (MKS) of Corn Cob Mix (CCM). “Zo zet je in op krachtvoer van eigen land. Het gebeurt in andere landen ook. Het voordeel is dat de koe minder ruwe celstof hoeft te verteren. De restplant blijft achter op het land. Dat is goed voor de bodemvrucht- baarheid.”


en zijn steeds beter in staat om het juiste oogstmoment te bepalen.”


‘Toekomst in wisselteelt’ Melkveebedrijven moeten in 2025 mini- maal 65% van de eiwitbehoefte van eigen land of van land in de buurt halen. Dat staat in het adviesrapport dat de Commissie Grondgebondenheid dit jaar uitbracht. Dit zou ten koste kunnen gaan van het maisare- aal. “Je kunt het zien als een bedreiging.


BOERDERIJ 104 — no. 15 (8 januari 2019)


FOTO: MARK PASVEER


24,5 miljoen hectare mais in Europa


Jos Groot Koerkamp, commercieel manager veehouderij bij Limagrain, schetst een beeld van de areaalopper- vlakte in Europa. “Dit jaar gaat het om 24,5 miljoen hectare, waarvan 4,5 miljoen hectare in Oekraïne.” Volgens Groot Koerkamp gaat het om


zo’n 16 miljoen hectare korrelmais, ruim 7 miljoen hectare snijmais en ruim 1 mil- joen hectare energiemais.


Maar het prikkelt ons ook om te zoeken naar een oplossing”, aldus Arjan Lassche van KWS. In zijn optiek ligt de toekomst van de maisteelt in wisselteelt, met een winters vanggewas dat tevens dienst doet als hoofdgewas. Met mildere winters als gevolg van de klimaatverandering heeft dat volgens hem zeker perspectief. “Het is mi- lieukundig, economisch, maar ook vanuit maatschappelijk oogpunt veel meer verant- woord dan de huidige productiewijze.”


R15


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24