search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
ACHTERGRONDVERHAAL KALVERSTERFTE


Te simpele conclusies over complexe kalversterfte


Ineens was het onderwerp weer nieuws, terwijl het geen nieuws was. Terugdringen van kalversterfte staat al tien jaar hoog op de agenda bij belangenbehartigers van de melkveehouderij en zuivelsector. ‘Het is niet eerlijk om op basis van enkele cijfers een simpel oordeel te vellen’, vindt Dirk Bruins van LTO. ‘Kalversterfte is complex.’ TEKST WICHERT KOOPMAN


orige week maakte het ministerie van LNV dan toch alle informatie over kalversterfte openbaar die RVO beschikbaar had gesteld aan RTL. De cijfers waar de omroep in de ongenuanceerde berichtge- ving mee schermde, kloppen. Maar de journalisten heb- ben er wel een eigen draai aan gegeven. De statistieken van RVO zijn gebaseerd op alle meldin- gen van geboorte en sterfte in het I&R-systeem. Het be- treft hier alle runderen in Nederland, dus van zowel melkvee- als vleesveebedrijven. RVO maakt onderscheid tussen kalveren die dood zijn geboren (of gestorven bin- nen 24 uur) en kalveren die sterven tot twee weken na de geboorte. In de eerste categorie zitten ook de verwer- pers die in I&R staan geregistreerd.


V Zes jaar constant


In figuur 1 zijn de sterftepercentages over de afgelopen zes jaar op een rij gezet. Deze zijn berekend door het aantal gestorven kalveren te delen door het totaalaantal geboortemeldingen. Uit de cijfers blijkt dat vorig jaar 9,0 procent van de kalveren dood is geboren en dat 3,6 pro- cent stierf binnen 14 dagen. De figuur laat ook zien dat het percentage doodgeboren en jong gestorven kalveren de afgelopen zes jaar ongeveer constant is. RVO heeft – op verzoek van RTL – ook gekeken naar het percentage kalversterfte op bedrijfsniveau voor rundvee- bedrijven met meer dan 20 geboortemeldingen. Dit be- trof in 2018 in totaal 16.793 bedrijven en dit zullen voor het overgrote deel melkveebedrijven zijn. Op 33 procent van deze bedrijven lag het percentage doodgeboren en binnen 14 dagen gestorven kalveren boven de 13 pro- cent. Op 1265 bedrijven (8 procent) ging vorig jaar meer dan 20 procent van de kalveren binnen twee weken dood. Hier zullen overigens ook bedrijven tussen zitten die (tijdelijk) te maken hebben met veel verwerpers, bijvoorbeeld als gevolg van een ziekte-uitbraak.


Makkelijk oordeel ‘Wat me in de berichtgeving steekt, is het gemak waar- mee over veehouders wordt geoordeeld. Ik ken geen


52 veeteelt APRIL 2 2019


collega die het onberoerd laat als er kalveren doodgaan’, lucht Dirk Bruins, bestuurslid van de vakgroep melkvee- houderij van LTO Nederland, zijn hart. ‘Men veronder- stelt dat kalversterfte eenvoudig te voorkomen is. Maar dat is het in de praktijk helaas niet. Het is supercomplex en je hebt echt niet alles zelf in de hand. Als je een peri- ode pech hebt en er meerdere kalveren dood worden geboren, zit je zomaar boven de twintig procent. Je mag aan de cijfers van RVO dan ook beslist niet de conclusie verbinden dat er 1200 bedrijven zijn waar de kalveren slecht worden verzorgd’, vindt hij.


Verbetering eind 2018


De Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) volgt via een landelijke monitoring nauwlettend de diergezondheid in de melkveehouderij. Hierin wordt op basis van gegevens van Rendac en I&R ook kalversterfte meegenomen. GD berekent de cijfers per kwartaal en maakt hierbij een opsplitsing tussen niet-geoormerkte dieren (verworpen vruchten, doodgeboren klaveren en kalveren die voor het oormerken gestorven zijn) en geoormerkte kalveren tot en met een leeftijd van 14 dagen. ‘Wij analyseren dus niet exact hetzelfde als RVO, maar het beeld dat uit de


Figuur 1 – Percentage kalversterfte in verschillende leeftijdsfases in de jaren 2013 tot en met 2018 (bron: RVO.nl)


doodgeboren kalveren


10


2 4 6 8


2013 2014 2015 jaar 2016 2017 2018


sterfte tot 14 dagen na geboorte


kalversterfte (%)


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66