search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
duceren om de onrust door rangorde- confl icten zo veel mogelij k te beperken. Daarnaast voelen koeien zich meer op hun gemak als ze tij dens het afkalven bekende koppelgenotes kunnen zien. ‘Vergelij k het maar met het gedrag van koeien in de natuur’, legt de dierenarts uit. ‘Ze zonderen zich tij dens het afkal- ven af, maar houden de kudde in het oog.’


Stress remt persdrang Met een basisles biologie maakt hoofd- docent Geert Opsomer duidelij k waarom juist rust van essentieel belang is voor een vlot geboorteverloop. ‘Het afkalfproces wordt gestuurd door hormonen die zich verplaatsen via de bloedbaan’, doceert de professor van de veterinaire faculteit van de Universiteit van Gent. Zo zorgen oestrogenen ervoor dat de banden in het kruis verweken en de baarmoederhals ontsluit. Het hor- moon oxytocine wekt de persweeën op. Onder invloed van stress sturen de her- senen meer bloed naar lichaamsdelen en organen die nodig zij n om te kunnen vechten of vluchten en minder naar de baarmoeder, waardoor daar dus ook minder oxytocine beschikbaar komt. Hierdoor neemt de persdrang af en stag- neert het afkalven, legt Opsomer uit.


Hij maakt een vergelij king met het laten schieten van de melk. ‘Dit gebeurt onder invloed van hetzelfde hormoon, oxyto- cine, als het samentrekken van de baar- moeder. Iedere veehouder weet dat een koe die gestrest is, de melk niet laat schieten.’


Open cervix risico


Een traag vorderende geboorte is vol- gens Opsomer een belangrij ke risicofac- tor voor het aan de nageboorte blij ven staan, witvuilen en baarmoederontste- king. ‘Vanaf het moment dat de cervix is ontsloten, is er een open verbinding tus- sen de baarmoeder en de buitenwereld. Hierdoor kunnen schadelij ke bacteriën gemakkelij k binnen dringen. Hoe langer het afkalven duurt, hoe langer deze open verbinding aanwezig is.’ De hoofddocent leert studenten dat ze de koe het best met rust kunnen laten zolang er vordering zit in het afkalfpro- ces. ‘Hoe schoon men ook werkt, met de handen worden altij d bacteriën overge- dragen’, zo geeft hij aan. Een koe verlos- sen als de ontsluiting onvoldoende is, kan bovendien juist zorgen voor een zware afkalving. Ten slotte kunnen door te snel handelen kleine wondjes ont- staan in het slij mvlies van het geboorte- kanaal. Dit slij mvlies vormt een eerste


afweer tegen het binnendringen van bacteriën.’ De dierenarts licht de theorie toe met een sprekend voorbeeld uit de buiten- praktij k. ‘Een van de veehouders sprak met trots over zij n nieuwe medewerker die geweldig koeien kon verlossen. ‘De koe had nog maar amper haar staart op- getild of het kalf lag er al achter’, vertelt de dierenarts beeldend. ‘Maar deze zelf- de veehouder klaagde een paar maanden later steen en been. Hij had nog nooit zo veel witvuilers gezien op zij n bedrij f.’


Geen hulp, wel supervisie Dat Opsomer ervoor pleit om kalfkoeien zo veel mogelij k hun eigen gang te laten gaan, wil volgens hem niet zeggen dat de veehouder ze maar aan hun lot moet overlaten. ‘Er moet wel supervisie zij n. Als de koe wel goed perst maar er is geen vordering zichtbaar, dan wordt het tij d om te controleren en zo nodig actie te ondernemen’, geeft hij aan. Wanneer dat moment precies is, vindt hij lastig te zeggen. ‘Dat moet een veehouder uitein- delij k toch in de praktij k beoordelen. Hier komen zij n ervaring en vakman- schap om de hoek kij ken.’


Joep Driessen vult aan dat een voorzie- ning om een dier gemakkelij k te kunnen separeren en vastzetten noodzakelij k is


VEETEEL T OKTOBER 1 2016 35


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62