DEEL TIJDBOER FROUKJE V AN KEIMPEMA PONTBAAS


In de rubriek Deeltijdboer laat Veeteelt melkveehouders aan het woord die naast het eigen melkveebedrijf een baan buiten de deur hebben. Woonplaats: Vegelinsoord


Leeftijd: 45


Aantal koeien: 75


Froukje van Keimpema draait in half jaar tijd dubbele baan Schipper, mag ik overvaren... tekst Inge van Drie D


e parasol klappert in de wind, aan de vlaggenmast wappert de Friese wimpel. Vanaf het terras van haar theeschenkerij Nije Skou tuurt Froukje van Keimpema (45) naar de overkant van het tachtig meter brede Heerenveens kanaal. ‘Kijk, daar komen weer twee fietsers aan.’ De Friese melkveehoudster uit Vegelinsoord beheert naast de theeschenkerij een fietspont die de verbinding vormt tussen Joure en Akkrum. Van 1 april tot 15 oktober bedient Froukje de pont zeven dagen in de week tussen tien uur ’s ochtends en acht uur ’s avonds. Elf jaar geleden klopten ondernemers uit Akkrum bij Froukje en haar man Rinke aan. Of ze de pont, die in 1971 uit de vaart was genomen, weer nieuw leven wilden inblazen. ‘Ik werkte toen bij de bedrijfsverzorging, maar onze oudste ging bijna naar school. Dat was lastig te combineren. Met de pont, en een theeschenkerij erbij, zouden we allebei thuis werken.’ Jaarlijks zet Froukje zo’n negenduizend mensen over. Niet al- leen toeristen, maar ook mensen uit de buurt die een rondje fietsen of die uit hun werk komen. ‘De ene dag zet je dertig mensen over, de andere dag zestig. Het hangt vooral van het weer af hoe druk het is.’ Met een bel kunnen fietsers aangeven dat ze overgezet willen worden. ‘Zo kan ik met een pieper op zak gewoon in huis of in de stal aan het werk. Soms gaat de


pieper als ik aan het melken ben. Dan stap ik in de overall op de pont. Niemand die dat erg vindt; dat is ook de charme.’ In het pontseizoen werkt Froukje gemiddeld zeventig uur per week. ‘Het komt erop neer dat ik een half jaar een dubbele baan heb.’ Haar dagen beginnen vroeg. ‘Ik sta om kwart voor zes op. Als het terrasweer lijkt te worden, begin ik met het bak- ken van twee appeltaarten.’ Ook de soep, de tosti’s en de uit- smijters maakt Froukje zelf. ‘Zo verdienen we er het meest aan.’ Om half zeven gaat ze naar de stal. ‘Ik ben een boeren- dochter. Ik wil dat werk achter niet missen; ik moet zo nu en dan de koeien even in de handen houden.’ De pont en de theeschenkerij leveren Froukje een goed inko- men op, maar ook de nodige beperkingen. ‘Er moet altijd ie- mand zijn. Op vakantie gaan zit er in de zomer niet in. En als we een dagje weg willen, moeten we niet alleen een melker regelen, maar ook een schipper én iemand die het terras doet.’ Als er tijd is, laat Froukje fietsers gerust een kijkje nemen op het bedrijf. ‘Ik praat nu vooral over de lage melkprijs, over alle regeltjes en de koeien in het land.’ Vanaf 15 oktober ligt de pont weer een half jaartje stil. ‘Dan gaan we eerst een week op vakantie: even bijtanken. En daarna? Dan begin ik gewoon met koeien scheren.’


VEETEEL T OKTOBER 1 2016 17


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62