interview 15
“ In een grotere ruimte gebeurt tenminste iets”
CV
Jan des Bouvrie (1942) Studie Gerrit Rietveld Academie, Amster- dam
Loopbaan 1969: eerste ontwerp door Meubelindus- trie Gelderland in productie genomen 1993: vestiging ontwerpstudio in Naarden Vesting 2007: oprichting Jan des Bouvrie Acade- mie, Saxion Hogeschool Deventer 2009: Ridder in de Orde van de Neder- landse Leeuw 2010: oprichting Jan des Bouvrie college, ROC Amsterdam Winnaar van diverse prijzen op het ge- bied van interieur- en meubelontwerp
Wat geeſt die allure dan? “Een grote ruimte geeſt allure. Door een wand weg te halen kun je soms ineens een veel grotere ruimte heb- ben. Mensen zijn over het algemeen geneigd om hokjes te creëren. Nederland is heel Calvinistisch, het moet allemaal gescheiden zijn. Ik heb die hokjesfi losofi e eruit gegooid. Wat je echt nodig hebt in een tandarts- praktijk zijn een wachtkamer en een behandelruimte. Ik heb bij een orthodontist weleens één grote behan- delruimte met acht stoelen gemaakt.”
Maar dan is de privacy van een patiënt toch in het geding? “Dat vind ik onzin. In een grotere ruimte gebeurt ten- minste iets. Bij een mondhygiënist in een aparte ruimte gebeurt er weinig. Wel vind ik dat mensen die een zware behandeling krijgen hun privacy moeten heb- ben. Maar die gescheiden ruimtes moeten wel dezelfde sfeer hebben.”
Een bijzonder voorval in de zorg haalt Des Bouvrie graag even aan. “Mijn moeder moest geopereerd wor-
NEDERLANDS TANDARTSENBLAD > 10 april 2015
den, het was vrij ernstig. De arts had weinig tijd waar- door het allemaal erg lang ging duren. Ik ben toen naar het ziekenhuis gegaan en zijn spreekkamer binnenge- lopen. Ik ben bij hem gaan zit en en zei dat hij een afschuwelijke kamer had. Hij vroeg mij wat ik eraan zou kunnen doen. Ik zei dat hij maar één andere lamp op het bureau hoefde te zet en, waardoor het al beter zouden worden. Ik heb hem toen die lamp gegeven. Hij belde me later op en zei dat die ene lamp het al veel pret iger maakte. Dat zijn van die dingen die een arts of tandarts toch door een interieurdeskundige moet laten doen.”
Eén zo’n lamp kan dus het verschil maken. Bij tandartsen zie je vaak dat ze een monitor of een kunstwerk boven de behandelstoel hangen om de patiënt te vermaken. Wat vindt u daarvan? “Voor mij hoeſt dat niet. Dat geeſt onrust. Het zijn alle- maal van die details die niet werken. Je moet naar het geheel kijken. Tijdens mijn eerste les van architect Ger- rit Rietveld moest ik een kinderkamer ontwerpen. Toen ik het ontwerp klaar had, legde ik het bij hem op het bureau. Hij keek ernaar en reageerde: ‘Het ziet er geweldig uit, maar als je nu al het overbodige weglaat wordt het een stuk beter.’ Dat is de beste les die ik ooit heb gehad. Mensen knoeien te vaak met dingetjes en prulletjes in de inrichting. Dat vindt niemand interes- sant.”
NEDERLANDS TANDARTSENBLAD > 10 april 2015
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48