WATERKWALITEIT
Nationale Analyse Waterkwaliteit loopt vertraging op Een belangrijke exercitie die de noodzakelijke maatregelen voor de KRW-doelen in beeld moet brengen, zijn de regiona- le analyses. De in elk waterschap lopende analyses van de KRW-deelstroomgebieden zouden vóór de zomer verschijnen en worden gebundeld in de Nationale Analyse Waterkwaliteit van de Delta-aanpak. Trekker hiervan is het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), dat samen met Wageningen UR en Deltares de effecten van de in beeld gekomen maatregelen gaat berekenen. Navraag bij het PBL leert dat de Nationale Analyse is uitgesteld naar november. De vertraging zit hem in zowel de verlate oplevering van rekenmodellen als in het uit- stel dat de waterschappen hebben gekregen voor het aanle- veren van hun analyserapporten.
Het is overigens niet de verwachting dat uit de regionale ana- lyses spectaculair nieuwe opgaven komen. De knelpunten zijn in de meeste waterlichamen al goed in beeld. Wel moeten de regionale analyses scherper aangeven welke opgaven nog ge- adresseerd moeten worden in de stroomgebiedbeheerplannen voor de derde en laatste periode van de KRW (2022-2027). Een eindspurt voor ons land is essentieel, aangezien we tot nu toe onderaan het lijstje van EU-landen bungelen.
Begin 2021 moeten de ontwerpplannen beschikbaar zijn voor inspraak. Eind van dat jaar moeten ze zijn vastgesteld voor verzending naar Brussel. Veel waterschapsbestuurders koes- teren de weinig reële verwachting dat te hoge KRW-normen kunnen worden aangepast. De ministers van de EU-landen hebben tijdens de Milieuraad van mei vorig jaar aangegeven, dat het niet de bedoeling is dat landen met een minder goede waterkwaliteit wegkomen. De Europese Commissie heeft be- nadrukt dat ze eveneens wil voorkomen dat landen op grote schaal op doelverlaging inzetten. Daar zal zeer kritisch naar worden gekeken. Doelfasering na 2027 is wel mogelijk, maar alleen met een beroep op bijzondere ‘natuurlijke omstandig- heden’. Concreet noemt de Europese Commissie onder meer PAK’s in waterbodems. Uitstel van de termijn waarop een KRW-doel gehaald moet zijn, lijkt echter weinig zinvol bij de voorbeelden van het kwelwater uit de diepe Flevopolder, dat ‘lijdt’ onder verhoogde gehalten ammonium, arseen, barium en kobalt in de bodem, en de te hoge achtergrondbelasting met fosfaat in de bodem in Hollands Noorderkwartier, goed voor circa de helft van de vervuiling van het water. Ook op langere termijn zijn daar immers geen oplossingen voor.
tijden voor agrariërs blijven ze maatregelen afremmen. Er wordt voornamelijk geïnvesteerd in intensief maaionderhoud en baggeren van watergangen om de doorstroming op gang te houden. De boeren gaan volledig voorbij aan het feit dat het overdadig voedselrijke water mede de oorzaak is van het snel dichtgroeien van waterlopen. Maar de macht van boeren binnen het bestuur is groot, dankzij de geborgde zetels voor LTO.”
Ook in het Westland laten goede resultaten op zich wach- ten. In 2017 zaten voor zestien bestrijdingsmiddelen de con- centraties boven de norm. “Inzet van de tuinbouwsector is er zeker”, zegt Middendorp, “maar de samenwerking met de tuinders richt zich te veel op waterkwaliteitsmetingen en voorlichtingscampagnes. Handhaving komt op de laatste plaats.” Als extra prikkel zou Delfl and de tuinbouwsector zelf voor de voorlichting en handhaving moeten laten betalen, via een extra heffi ng, vindt Middendorp. “Laat de vervuiler be- talen, want nu komt dat feitelijk ten laste van de burger. Die betaalt in Delfl and toch al de hoogste rekening in Nederland.”
Deltaplan Agrarisch Waterbeheer Ook het alweer zes jaar geleden door LTO Nederland gestar- te Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW), bedoeld om de eigen achterban in beweging te krijgen, levert maar weinig op. In waterschap Drents Overijsselse Delta komt AWP-frac- tieleider Arja Doornbos tot de conclusie dat het DAW voor de landbouw vooral van belang is voor het veiligstellen van de zoetwatervoorraad. “Gelukkig neemt de druk vanuit Rijk, pro- vincies en waterschappen toe om via het DAW ook aandacht voor waterkwaliteit te hebben.”
Verder is het DAW te vrijblijvend, vindt Doornbos. “Een wette- lijk kader ontbreekt.” Een vervuilingsheffi ng voor diffuse lozin- gen vindt ze zonder meer gerechtvaardigd. “Dat geld kun je dan besteden aan effectieve maatregelen om emissies van het boerenerf te bedwingen. Die zijn in studies al uitvoerig in kaart gebracht, zoals betere opvangvoorzieningen voor mest en erfafspoelwater, dus waarom schrijven we die niet verplicht voor? Van belang is niet de inspanning te belonen, wat het DAW nu doet, maar het resultaat.”
Vonk van Hollands Noorderkwartier ziet het DAW puur als een poging van de landbouwsector om tijd te rekken. “Het bestuur van de LTO is ongetwijfeld van goede wil, en de goe- den niet te na gesproken, maar er zit geen enkel commitment aan vast. We moeten meer inzetten op controle en sanctio- neren. Het is toch verdrietig dat emissies en concentraties van gewasbeschermingsmiddelen al jaren niet omlaag gaan.”
Arja Doornbos (AWP-fractieleider
Drents Overijsselse Delta): “Het DAW is te vrijblijvend. Je moet niet
de inspanning belonen, wat het DAW nu doet, maar het resultaat.”
WATERFORUM MAART 2019
27
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64
