917 | WEEK 32-33 07 AUG 2019
IJWERF DOET BEROEPSVAART EN GROTE PARTICULIEREN ‘Je creëert echt iets, dat is wat het leuk maakt’
27
Een van de hallen van de IJwerf. “Ik denk dat we het hier uitzingen tot 2030”.
AMSTERDAM Berend Robelus hoeſt niet veel aanloop op zijn IJwerf. Hij heeſt het druk ge- noeg en doet graag dingen die hij interessant vindt, zoals het restaureren van hele boten.
HEERE HEERESMA JR.
De IJwerf in Amsterdam-Noord heeſt een prachtig beschilderde loods, maar wie er- naar zoekt zal hem nooit vinden, want die beschildering bestaat alleen op de web- site. Directeur Berend Robelus (1973) vond het bij nader inzien geldverspilling om verf op de gevel te smeren. De IJwerf is sowieso niet makkelijk te vinden. Er is een kade ach- ter de tt. Melissaweg, maar de twee werfhal- len liggen aan de tt. Vasumweg. De naam IJwerf is nergens te vinden; aan het hek hangt het bordje ‘Droog op Water’. Zo heet het be- drijf dat Robelus in 1998 oprichtte en aan het Jollenpad gevestigd was; de IJwerf bestaat pas vijf jaar.
Waarom is hij zo moeilijk te vinden? “Voor mensen die me kennen ben ik heel makke- lijk te vinden”, zegt Robelus. “Ik hoef niet heel veel aanloop. Daar heb ik niks aan. Druk ge- noeg. En dan die mensen die offertes aan- vragen op basis van prijzen, omdat het bij Pietje goedko- per kan dan bij Klaasje. Het is wat het is, toch? Klaasje zal er ook wel
nagedacht hebben en als Pietje goedko-
per is zal hij wel een rekenfoutje ge- maakt hebben”.
Wat heeſt hij voor klanten? “Grote particulieren en beroepsvaart. Vooral klassieke rondvaart- schepen en partybootjes”. In de loods staat de rondvaartboot Watertoerist 1, ooit van rond- vaartrederij Kooij. Hij wordt voor de salon- bootrederij E-boats van Frans Heijn gerestau- reerd en geëlektrificeerd. Een ander lopend project is een houten Engels jacht dat in 1932 voor de eigenaar van scheepswerf Thornycroſt is gebouwd. “Hij moet gerestaureerd, geschil- derd en gehermotoriseerd. Dat is zo’n beetje ons dingetje: wij doen gewoon alles. Je cre- eert echt iets, dat is wat het leuk maakt”.
Hospitalityvaart Robelus werd geboren op een woonboot op de Nieuwe Meer, tussen de scheepswerven. “Toen ik een klein jochie was, had ik geen krantenwijk, ik ging bij die werfbazen werken. School lag me niet zo. In het derde jaar HEAO ben ik met school gestopt. Ik heb eerst drie jaar in Duitsland gewoond en gewerkt. Toen ik terugkwam in Amsterdam ben ik weer bij zo’n werfbaas gaan werken. En toen kwam ik Erik de Vlieger tegen, die wilde een rondvaart- bedrijf opbouwen en zocht iemand die salon- bootjes wilde bouwen. Nou, dat kon ik wel”.
Berend Robelus “Op houten salonnetjes zetten we een kunststof dak”.
Kon hij dat ook? “Nee, natuurlijk niet. Dus die eerste, de Najade, was een hoop gekloot en geknoei. Maar zo is het begonnen”. Zo heeſt Robelus het vak in de praktijk geleerd. “Je moet een beetje beter je best doen”. Hij be- gon Droog op Water samen met Drijvend Vermogen en met Kees Vuik. “Kees was de grote motivator. Na twee jaar zijn Kees en Drijvend Vermogen ermee gestopt”. Toen het door de crisis steeds slechter ging met de par- ticulieren, richtte Robelus zich meer op de hospitalityvaart, zoals de rondvaart met klas- sieke salonboten wordt aangeduid. Met de IJwerf is daar ook de partyvaart bijgekomen. Dieselmotoren interesseren Robelus niet zo. “We hebben een goeie dieselmonteur. Voor kleine motoren doen we een servicebeurtje, maar voor grotere reparaties zoeken ze maar lekker een ander. Vroeger reviseerden we ook zelf, maar het heeſt mijn interesse
niet. Sec elektrisch werk doen we ook niet. Ik word vaak zat gebeld door werven om instal- laties in te bouwen. Nee. Eigenlijk ben ik ge- interesseerd in het restaureren van hele boot- jes. Dat vind ik leuk. In principe doen wij alles. We gebruiken verschillende materialen door mekaar. Ik ben al heel lang klaar met stalen daken. Op houten salonnetjes zetten we een kunststof dak. De sandwichpanelen maken we zelf. De eerste gaat faliekant mis, daar kun je vergif op innemen. Maar dan weet je hoe het moet en heb je een handig product: een dakje dat maar twee centimeter dik is en net zo sterk als staal, een vijfde weegt als een sta- len dak en meteen geïsoleerd is. En als je hem met een vorm maakt, heb je ook geen dak- spanten nodig”.
Maatschappelijk belang Robelus huurt zijn werfhallen en kade. “Ik denk dat we het hier uitzingen tot 2030 en dan zullen we wel weggewerkt zijn. Dat is inherent aan wat wij doen. We zitten op een plek waar graag mensen willen wonen. Als je koopt heb je wat meer zekerheid dan als je huurt, maar ik denk dat het niet uitkan in deze bedrijfstak
Foto’s Heere Heeresma jr.
om een locatie als dit te kopen. Dat is onbe- taalbaar”. Robelus memoreert het lot van de Gebroeders Weinholt en hun jachtwerf aan de Amstel. “Die zijn onteigend. Maatschappelijk belang, hè. De gemeente Amsterdam wil alle vervuilende, herriemakende bedrijfstakken de stad uit hebben”. Bij de IJwerf werken twaalf à dertien man, deels onderaannemers. “Veel groter wil ik ook niet”.
Mogen klanten zelf aan hun schepen werken? “Van vaste klanten vind ik het prima, maar ze moeten niet hele ingewikkelde dingen gaan doen waar we last van hebben. Van particulie- ren heb ik het liever niet. Dan wordt zo’n hele boot uit elkaar gesloopt en uitgesmeerd. En dan weten ze het niet meer of het wordt te duur en dan zie je ze nooit meer terug. Mensen over- zien niet hoeveel werk het kan zijn”.
Heeſt hij zelf een boot? “Ja, een 15-meter twee- mast zeiljacht van staal. Maar die is altijd onder verbouwing, dus die ligt nu ook uit elkaar. Ik ben in dat opzicht een gemiddelde particulier”.
www.ijwerf.nl
Salonboot Paradis van Private Boat Tours wordt na werkzaamheden in het water gezet. “Erik de Vlieger zocht iemand die salonbootjes kon bouwen. Nou, dat kon ik wel”.
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44