HOOFDARTIKEL KRUISEN
fleckvieh mrij
brown swiss montbéliarde
100.000 80.000 60.000 40.000 20.000 0 jaar Figuur 1 – Inzet overige melkveerassen in Nederland (tot. inseminaties)
gaat vaak om het totaalplaatje: gezondheid, levensduur, gehal- ten en een goede restwaarde. Daarom wordt ook het eigen mrij- ras nog altijd goed gewaardeerd’, weet Gieling.
Betere vruchtbaarheid bij driewegkruising CRV zette ook de prestaties van driewegkruislingen op een rij. De aantallen melkgevende dieren zijn vooralsnog minder groot, maar van de meestgebruikte combinaties waren er minimaal 400 eerstekalfsdieren, zodat de cijfers betrouwbaar genoeg zijn. ‘Met een driewegkruising profiteer je optimaal van het hetero- siseffect zonder dat je fokkerij onnodig ingewikkeld maakt’, zo vertelt Gieling. ‘Zou je nog een vierde ras inschakelen, dan moet je dat ook in je kruisingsschema meenemen en de fokkerij ervan blijven volgen om de betere stieren te selecteren.’ Bij de driewegkruising ontlopen de producties van de diverse rassencombinaties elkaar niet zoveel. Ten opzichte van de twee- wegkruising blijft de productie iets achter. Dat is logisch, omdat er minder holsteinbloed door de aderen vloeit. Wel is te zien dat het inseminatiegetal en dikwijls ook de tussenkalftijd lager
jersey
Noors roodbont Zweeds roodbont Deens roodbont
Han Krol: ‘Kruisen zorgt voor een flexibele veestapel’ Sinds 1985 kruist Han Krol met diverse rassen
in de van origine mrij-veestapel. De melkvee- houder melkt met zijn vrouw Mirjam en zoons Niels en Lars inmiddels 750 koeien op drie locaties en kruist om ‘blijvend te profiteren van heterosis’. ‘Economie staat voorop in ons fokdoel. Daarom selecteren we bij elk ras altijd stieren met de hoogste productie. Door te kruisen met verschillende rassen krijg je gezondheidseigenschappen er als bonus bij’, aldus Han. ‘Voor de productie blijven we hol- stein gebruiken, maar als een koe 75 procent holsteinbloed heeft, zoeken we er een ras bij dat goed bij de koe past. Bijvoorbeeld als ze
8 veeteelt SEPTEMBER 1 2017
te smal is een fleckviehstier, als ze te groot is een jerseystier. In principe gebruiken we alle actieve melkveerassen.’
De afgelopen twee jaar steeg de productie van de veestapel met 2000 kg melk naar 10.000 kg met ongeveer 3,90% vet en 3,50% eiwit. ‘Kruisen zorgt voor een flexibele veesta- pel. Tijdens het melkquotumtijdperk was het aantal kilo’s te leveren melk de grens, nu is dat juist het aantal koeien en straks gaat het om zo veel mogelijk melk per kilo fosfaat . Als de omstandigheden veranderen, dan moet de veestapel kunnen schakelen. Dan zijn kruisingskoeien ideaal.’
aantal inseminaties (x 1000)
2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61