Uitgangspunt bij het ontwerp van elk type brug en dus ook voor alle fi ets- en voetgangersbruggen is het feit dat deze zich zo’n honderd jaar als gebruiksvoor- werp in de openbare ruimte bevindt. Een focal point waar mensen elke dag langskomen. “Dus ontwerp je de brug mooi ingepast in de omgeving. Geen anoniem ding dat mensen onverschillig laat of chagrijnig maakt, maar iets wat hun een gevoel van herkenning geeft”, aldus Joris Smits, tevens bestuurslid van de Nederlandse Bruggenstichting en dagvoorzitter bij het onlangs gehou- den symposium over fi ets- en voetgan- gersbruggen (zie kader). “Doorgaans wordt vooral gekeken of het wagentje met strooizout erover kan of dat de leu- ning een aanrijding kan weerstaan. De esthetische eisen zijn echter net zo be- langrijk om te komen tot een goed ge- detailleerde en aantrekkelijke brug die de tand des tijds kan doorstaan. Uiter- aard binnen de kaders van het budget en het programma van eisen.”
Door studenten gemaakte fi ets- brug van hennepvezels en biohars over de Dommel, op de campus van de TU Eindhoven. Foto: Heijmans
“FIETS- EN VOETGANGERSBRUGGEN ZULLEN STEEDS ONDERHOUDSVRIENDELIJKER EN LICHTER ONTWORPEN WORDEN”
Door MX3D geprinte voetgangersbrug in roestvast staal die in 2019 op de Oudezijds Achterburgwal in Amsterdam geplaatst gaat worden. Foto: MX3D
Terug naar de regio De eerste stap is dus uitzoomen, om de genius loci, de eigenheid van de plek, te vatten. Na decennia van globalisering signaleert Smits een trend terug naar de regio. “Mensen willen iets herkenbaars waar ze zich bij thuis voelen. Geen ou- bollige ontwerpen of kopieën van het verleden, maar wel iets met karakter, dat zich onderscheidt van de massa. Dat hoeft uiteraard niet bij elke brug, soms kun je volstaan met een plank over de sloot. Maar dat een goed ontwerp duur is, is een misverstand.” Een ontwerp is altijd teamwerk. “Architect, construc- teur en aannemer moeten elkaars taal verstaan en zich kunnen verplaatsen in de beheerder die weinig budget heeft om honderd fi ets- en voetgangersbrug- gen in zijn gemeente te kunnen onder- houden.”
i-design
In dat licht voorspelt Smits dat het ont- werpproces de komende jaren zal ver- anderen, waarbij betrokken partijen steeds vaker integraal gaan samenwer- ken met behulp van nieuwe parame- trische ontwerptools. “Bij Royal Has- koningDHV noemen we dat i-design: inclusief ontwerp, waarbij alle partij- en betrokken zijn bij het ontwikkelen van het ontwerp. Als de constructeur
de dimensies wil veranderen, kunnen wij het model binnen enkele secon- den aanpassen en optimaliseren: de ‘i’ staat ook voor informatie. Niet alleen over de geometrie, maar ook over kos- ten en het constructieve gedrag van de brug. En zelfs informatie over wat van- uit het oogpunt van het krachtenspel de meest wenselijke vorm is.” Zelf on- dervond hij dit onlangs bij het ontwerp van een boogfi etsbrug. “Als ik bijvoor- beeld de tuien anders laat uitwaaieren, verandert het parametrisch model auto- matisch ook de vorm van de boog om de optimale druklijn te volgen. Geïnfor- meerd ontwerpen betekent dus ook dat het model de kennis over krachten en kilo’s materiaal vertaalt in spanningen en vervorming.”
Meer fl exibiliteit
Deze manier van ontwerpen vergroot de fl exibiliteit in het ontwerpproces. “Je be- weegt een schuifje en als het één ver- andert, gaat de rest mee. Het ontwerp is niet meer star. Een constructeur kan met één druk op de knop de boog bre- der maken. En iedereen, inclusief de op- drachtgever ziet gelijk wat de conse- quenties zijn”, verklaart Smits. “Hoewel de technische mogelijkheden voor di- gitale samenwerking er al lang zijn, zijn veel partijen vaak nog geneigd hun ge-
Nr.6 - 2018 OTAR O Nr.6 - 2018TAR 21
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48