search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
We wilden de gerestaureerde delen zo min mogelijk laten opvallen


en maakt er een soort deeg van. Dat verdeel je in een aantal ‘broodjes’ die je met pigment op kleur brengt. Door plakken van die broodjes te snijden en die samen te voegen, krijg je de verschillende tinten die je in marmer ziet. De aderen maak je door op de plakken wat droge pigment te strooien of juist een nat gipspapje te gieten voor je ze samenvoegt. Van die gemengde broodjes snijd je weer plakken en daar maak je dan met een beetje puzzelen een oppervlak mee dat er uitziet als marmer.” Als je de techniek beheerst is dat relatief eenvoudig. Eenvoudiger in ieder geval dan bestaand werk restaureren, aldus Zardoni. “Hier moest ik zorgen dat de kleuren precies aan- sloten op het bestaande werk en dat de aderen en strepen goed doorliepen in mijn reparaties. Dan moet je dus heel goed kijken naar het origi- neel, naar de kleuren en de tinten die er inzitten en naar hoe de aderen lopen. Dat moet je dan precies namaken met je broodjes.” Helemaal opnieuw maken was vele malen gemakkelijker geweest maar niet echt een optie uiteraard. De hoeveelheid schade viel gelukkig ook mee, vooral in de ingewikkelde blauwe vlakken ging het om wat scheuren en hier en daar enkele spijkergaten van de betimmering. De meeste schade zat in het eenvoudiger roze en gele stucmarmer van de schouw en in de vlakken tussen de panelen; een mengeling van onder meer lichtbruin, geel, oker en donkerrood. “Ik denk dat er in totaal hooguit 10 tot 15 % schade in zat”, schat Zardoni in.


Schuren en poetsen De restauratiestukadoor maakte de nieuwe stuc- marmer op traditionele wijze, dus met alabaster- gips en beenderlijm, die hij zelf ter plekke kookte. Die lijm is niet alleen nodig om het materiaal voldoende verwerkingstijd te geven, het is ook belangrijk voor de glans van de afwerking. Die is het resultaat van een intensieve nabehandeling van het oppervlak. “We wilden de gerestaureerde delen zo min mogelijk laten opvallen”, zegt Zar- doni, die bij de restauratie werd geholpen door collega Ton Steenks. “Daarvoor heb ik het be- staande werk schoongemaakt en opgeruwd tot het net zo’n structuur had als het nieuwe werk. Dan konden we het hele oppervlak op dezelfde manier nabehandelen.” Dat deel van het werk begint met een herhaling van gaatjes opvullen en schuren. Acht schuurgangen waren er nodig, tot en met korrel 2000. Daarna politoerde Zardoni, alsof het om tadelakt ging, het oppervlak met een steentje. Vervolgens zette hij het oppervlak in de olie om de kleur op te halen en bracht hij nog een laag was aan; een combinatie van bijen- was, carnaubawas en terpentijn in een specifieke mengverhouding. Een paar keer oppoetsen en boenen met wol leverde uiteindelijk een zeer exclusief hoogglanzend eindresultaat op dat er uitziet als compleet nieuw stucmarmer.


Het stucmarmer is vebrluffend maar dat geldt evenzeer voor het plafond. De acanthusbladeren zijn weliswaar gegoten maar elk ornamentje erin is met de hand gemaakt. Geen vogeltje of bloempje is hetzelfde.


MEBEST december 2020 21


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48