This page contains a Flash digital edition of a book.
ACTUEEL


Waterbeheerders hele zomer druk in de weer met zoetwaterverdeling


De geringe afvoer van de Rijn en Maas heeft de waterbe- heerders de hele zomer beziggehouden. Zij verdeelden het schaars geworden zoetwater zo goed mogelijk over Neder- land. Zo is het zoete Rijnwater is via de IJssel ingezet om het peil in het IJsselmeer - de nationale regenton - in stand te houden. Grote moeite hadden de waterbeheerders met de oprukkende zouttongen in de Nieuwe Waterweg bij Rotter- dam en bij de ingang van het Amsterdam-Rijnkanaal in het IJmeer bij Amsterdam.


Spoelen Groene Hart Maatregelen waren nodig om verzilting tegen te gaan en om het Groene Hart te kunnen blijven ‘spoelen’ met zoetwater. Voor het eerst is daarvoor door het Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden de Klimaatbestendige Wateraanvoer (KWA) in werking gesteld. De KWA zorgt voor aanvoer van zoetwater via allerlei binnenwateren vanuit de Lek en het Amsterdam-Rijnkanaal naar West-Nederland.


Rijkswaterstaat had de belangrijke taak om verzilting van de innameputten op de Lek en het Amsterdam-Rijnkanaal te voorkomen. Daartoe heeft Rijkswaterstaat op het Amster- dam-Rijnkanaal een bellenscherm geplaatst en op de Lek is de stuw bij Hagestein 20 centimeter opengezet. Daardoor stroomde extra water naar het Amsterdam-Rijnkanaal en zodat de KWA-aanvoer in stand kon worden gehouden.


Spuien IJsselmeer De aanhoudende droogte zorgde ervoor dat het IJsselmeer gedurende anderhalve maand nauwelijks meer werd gespuid waardoor de zoutconcentratie op enig moment opliep tot boven de 150 mg/l en het drinkwaterbedrijf PWN in de problemen kwam met de waterinname bij Andijk.


Daarop besloot Rijkswaterstaat het spuien te hervatten en het peil op het IJsselmeer met 1 centimeter te verlagen. In de schutsluizen op de Afsluitdijk zijn bellenschermen geplaatst om te voorkomen dat het zoute water van de Waddenzee het IJsselmeer in kon stromen.


Noodpompen van Van Heck om zoetwater uit het IJmeer de Vecht in te pompen zodat natuurgebieden, zoals het Naardermeer, niet uitdroogden.


Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden moest vanwege de lage waterstand op de Lek op diverse plaatsen noodpompen plaatsen, zoals hier bij de Irenesluizen bij Wijk bij Duurstede, om nog voldoende zoetwater naar de polders te kunnen krijgen.


EEA: Slechts 40 procent Europese wateren met goede waterkwaliteit


In totaal omvat de Europese Unie 111.000 waterlichamen. Slechts 40 procent van de oppervlaktewateren voldeed tus- sen 2010 en 2015 aan de eisen van de Kaderrichtlijn Water voor een goede ecologische toestand. In Nederland was de situatie nog slechter. Hier voldeden maar twee van de 700 waterlichamen aan de norm. Dat blijkt uit het rapport ‘State of Water’ dat het Europese milieuagentschap (EEA) op grond van de tweede reeks stroomgebiedsbeheerplannen (SGBP) die alle lidstaten in 2015 naar Brussel hebben gestuurd.


Volgens het Europese milieuagentschap is de situatie nauwe- lijks veranderd ten opzichte op van de in 2012 gepubliceerde eerste reeks stroomgebiedsbeheerplannen. Toen was er een gelijk aantal wateren met een goede ecologische status. De EEA constateert wel dat de lidstaten in hun plannen meer ge- gevens aanleveren en er in zes jaar tijd meer is geïnvesteerd in monitoring en assessment. Uit de rapportage blijkt dat de waterkwaliteit op meer dan 130.000 locaties is gemeten. (Lees ook het artikel hierover op pagina 16-19.)


6 WATERFORUM NR 5


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48