This page contains a Flash digital edition of a book.
Kerstverhalen lezers


‘HOE HAD HIJ DAT KUNNEN DOEN? ZO KENDEN WIJ PA NIET’


Samen met mijn ouders en vier broers woonde ik vroeger boven de melkwinkel. Later verhuisden we naar een eengezinswoning. Wij konden ons geluk niet op. Er hing de geur van gezelligheid, van stoof- peertjes, draadjesvlees en boenwas. In dat grote huis met die grote tuin kon makkelijk een konijntje lopen. Er kwamen er twee: Zwartje en Witje. Mijn vader was ervan overtuigd dat het twee mannetjes waren, maar na een paar weken kreeg Zwartje wel een heel dik buikje en al gauw hadden we acht van die lieve beestjes rondhuppelen. Halverwege december kwam ome Chris langs en we mochten even niet in de tuin en zeker niet in de schuur komen. Kort daarna waren onze konijntjes verdwenen. Waarschijnlijk het deur- tje van het konijnenhok open laten staan, opperde Pa. Wat hadden we een verdriet…


KERST ZONDER VLEES Op Kerstavond gingen wij, zoals altijd, met het hele gezin naar de Heilige Mis. Als wij dan thuiskwamen, rook het heerlijk naar kaarsen en vers gezette thee. Die Kerst- avond had mijn vader een grote mededeling: we zouden de volgende dag konijn eten. Wij juichten, we hadden nog nooit konijn gegeten, we aten altijd kip met tutti frutti en stoofpeertjes. Tot ineens het kwartje viel… Onze konijntjes! Hoe had hij dat kunnen doen? Zo ken- den wij Pa niet. Mijn vader was een gruwelijke slachter. Op Eerste Kerstdag stond de pan met konijn op tafel. Het rook heerlijk, maar tussen mijn broers en mij was een niet te verbreken verbond ontstaan. Wij zouden nooit, maar dan ook nooit van ons leven konijn eten. Het werd mijn eerste Kerst zonder vlees. Daar zat Pa met zijn pan vol sappig konijnenvlees. En ik eet nog steeds met Kerst met mijn gezin: kip met tutti frutti en stoofpeertjes.


Marian Uitewaal, Houten


‘Mijn aanstaande schoonmoeder moest achterop de Zundapp’


Het was Kerstmis 1963 en bitterkoud. Na vier jaar verke- ring wilden wij onze verloving vieren. Al die jaren was mijn vriend met de fi ets of brommer van Stevensbeek naar Ven- ray gekomen, een rit van zo’n 13 kilometer. Voor deze fees- telijke gelegenheid zou zijn moeder meekomen. Bij gebrek aan een auto, moest ze achter op de brommer. Geen pretje, want het dorp van zo’n driehonderd inwoners had toen nog geen verharde wegen. Achterop de Zundapp moest mijn aanstaande schoonmoeder ook nog de verrassing zien heel te houden die mijn vriend voor mij wilde meenemen: een glazen gebakstel. Het werd een barre, koude rit, maar daar- na konden we dan toch met het eten lekker bij elkaar zijn en werden de ringen aan de vingers geschoven. De trouwe- rij volgde het jaar erop. In juni hopen we onze 50-jarige trouwdag te mogen vieren.


W. van Gaal- Geraats, Venray





...tussen mijn broers en mij was een niet te verbreken verbond





Nestor 43


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67